Zien, soms even

© Geert Bles, Heerlen 2002



Ik heb ooit gedacht dat Jezus, vanaf het eerste moment dat Hij geboren werd, wist wat Hij in zijn leven zou ontmoeten, wat Hem zou overkomen, waar, wanneer en waartoe het al­lemaal diende. Hij was immers God en God weet immers alles!

 

Maar ik denk dat vandaag niet meer. Jezus was geen buitenissige figuur van een andere planeet, maar een mens zoals wij, die ook zoekend en tastend zijn weg moest gaan; een mens van vlees en bloed, die niet alles kon en alles wist, die zich af en toe moest terugtrek­ken in de stilte om de dingen op een rijtje te krijgen; een mens, die bekoord werd in de woestijn door het aanbod van macht en bezit.

 

Hij werd daar tot driemaal toe beproefd. Hij heeft moeten vechten om met zijn roeping in het reine te komen. Hij werd geconfronteerd met het aanlok­kelijke van stuntman te zijn, van magen te kunnen vullen, van politiek heer­ser te zijn. Maar Hij gaat niet door de knieën. Hoe ver­leidelijk macht ook moge zijn, hij voelt aan dat dit de weg niet is. Hij is geroepen om hen die gebukt gaan onder macht te bev­rij­den, maar Hij kiest voor schijnbare mach­teloosheid.

 

Gaandeweg heeft Hij aan de lijve ervaren, dat het kiezen vóór/ werken áán een andere wereld bloed en tranen kost; dat wie opkomt voor recht in bot­sing komt met de geves­tigde orde van on­recht; dat wie de armen verdedigt bedreigd wordt door de rijken; dat wie onderdrukten voorgaat naar bevrijding zelf gevaar loopt.

 

In dat inzicht/die keuze is Jezus aanvankelijk niet begrepen, ook niet door zijn naaste medewerkers. Zij dachten en hoopten, dat in het koninkrijk dat Hij ging stichten, voor hen een voorname positie zou zijn weg­gelegd, precies dát wat Jezus in de woes­tijn heeft af­gewezen. Zij begrepen niet dat zíjn keuze voor die weg Hem lijden zou opleveren en uitein­delijk op het kruis zou doen belan­den. Dát konden ze niet accepteren. Dat bleek zes dagen daarvoor overduidelijk, toen Hij met zijn leer­lingen hierover sprak.

 

Ik lees die passage hier, want ze is zo belangrijk om Hem te begrij­pen: "Van dat ogenblik af begon Jezus zijn leerlingen duidelijk te maken dat Hij naar Jeruzalem moest gaan; dat Hij daar veel zou moeten lijden van de oudsten, hogepriesters en schriftgeleerden, maar dat Hij  - na ter dood te zijn gebracht - op de derde dag zou verrij­zen. Toen nam Petrus Jezus ter zijde en begon Hem ernstig daarover te onder­houden: 'Dat ver­hoede God! Zo iets mag U nooit overkomen!' Maar Hij keerde zich om en zei tot Petrus: 'Ga weg! Jij laat je leiden door men­selijke over­wegingen en niet door wat God wil."

 

Jezus voelt zich alleen, juist als het gaat over dit wezen­lijke aspect van zijn roeping. Het is dit inzicht dat Hij op zich­zelf heeft veroverd - n.l. dat de weg naar het koninkrijk loopt langs lijden en dood - dat Hij met zijn leerlingen wil delen. Want Hij heeft mensen voor ogen, die het begrijpen en die met Hem de keuze voor die weg willen maken. Daarom neemt Hij de drie apart.

 

Hij gaat met hen de berg op. Daar wordt Hijzelf bevestigd in zijn keuze; Hij krijgt van zijn Vader te horen: 'Jij zit goed, jij bent mijn welbeminde Zoon?' En dáár in dat samenzijn, mogen ook de drie delen in zijn in­zicht, uitgetild worden boven het klein­men­selijke al­ledaagse, even op de top van de berg, even een lich­tend moment van hoe het in werkelijkheid gaat. In dat samenzijn op die berg, waar Jezus iets deelt wat Hem bezighoudt, wordt het hun duidelijk.

Maar Hij  neemt hen ook weer mee naar beneden, naar het gewone leven, want zij moeten eerst zelf nog ervaren, dat lijden een rol speelt en ook hun deel zal zijn,wanneer ze de keuze met Hem maken. 

Zijn boodschap is en blijft tegendraads. Probeer vandaag de dag eens in gezelschap om echt partij te kiezen voor de underdog. Je loopt het risico dat iedereen over je heen rolt. Hoe moeilijk is het niet om in een samenleving als de onze, waar bezit status betekent, bewust te kiezen voor minder, bewust te kiezen voor de minderen en je bezit te delen met anderen?

 

Ook wij denken vaak dat status/macht het hoogst bereikbare is. Ook wij hebben een lichtmoment nodig, waarin wij zien hoe het werkt, dat zíjn Koninkrijk van een andere orde is, hoe het tot stand komt en wat daarvoor onze inzet moet zijn.

 

Als wij hier samen zijn en samen vieren in deze gemeenschap, dan is dat om met elkaar duidelijk te krijgen wat die keuze inhoudt, om elkaar vast te houden, om bij elkaar de hoop levend te houden en elkaar te bemoedigen in het gaan van Zijn tegendraadse weg. We hebben elkaar nodig als gemeenschap om de weg te gaan die leidt naar zijn Koninkrijk.

 

Want ofschoon er in het hele evangelie met geen woord gesproken wordt over kerk, zijn er altijd mensen die samen op weg gaan en die keuze maken. Waar dat gebeurt ontstaat er licht. Waar mensen met elkaar op weg gaan, daar wandelt de Heer met hen mee. Nog meer dan aan elkaar vinden mensen samen houvast bij het getuigenis van Zijn leven, sterven en verrijzen. Niet alleen de dankbare

herinnering eraan kleurt de relatie tussen mensen, maar ook en vooral de verwachting dat Zijn opstanding ook ons ten deel zal vallen. Dat is de hoop waaruit we samen leven en die we bij elkaar levend houden. 

 

Moge dat het keurmerk van de Andreasparochie zijn.