De kerk, dat zijn wij

© Geert Bles, Heerlen 2009



Niet iedereen is even gelukkig met het feit dat paus Benedictus zoveel moeite doet om de afgescheiden beweging van Lefebre, die het Vaticaans Concilie met zijn vernieuwingen afwijst, weer binnen de kerk van Rome te halen. Maar de druppel die de emmer deed overlopen was  toen een van hen, bisschop Richard Williamson publiekelijk de holocaust ontkende en durfde te beweren, dat er geen 6 miljoen maar slechts 300.000 joden omgekomen waren. Er ontstond een storm van felle reacties. Bisschoppen uit Frankrijk, Duitsland en Nederland spraken van een ongeloofwaardige en beschamende vertoning; en over schade aan de relaties met de joden. Politici mengden zich in het debat, met name de Duitse bondskanselier, Angela Merkel, eiste dat de paus maatregelen zou nemen. Maar ook gewone mensen spraken erover; zij begrepen het niet; ik ben door velen van u erover aangesproken. Daarom is het belangrijk dat we er als gemeenschap over nadenken, en proberen onze houding in deze te bepalen. Hoe moeten wij hier mee omgaan?   En vooral hoe moet het verder?  [hier kunnen de mensen in de dienst even met elkaar praten]

 

Het zou me niet verwonderen, dat er ook hier onder ons, onder vrienden, in de familie, verschillend over gedacht wordt. De Nijmeegse theoloog Jean Pierre Wils is officieel uit de kerk getreden,en met hem vele anderen. Verschillende van u hebben mij aangesproken over deze kwestie, en ik weet dat er onder u waren die zich die vraag ook gesteld hebben: moet ik in deze kerk blijven?  hoe moet ik dat doen, als ik die stap wil zetten? wat bereik ik ermee als ik eruit stap?  of haal ik mijn schouders op en ga over tot de orde van de dag?

Ik wil u laten weten, dat ikzelf ook met deze vragen gestoeid heb; en dat is niet de eerste keer in mijn leven. Ik ben vaker benaderd door mensen, die mij dierbaar en nabij zijn, in mijn familie, met de vraag: Heeroom, waarom stap je er toch niet uit? Ik heb dat toen niet gedaan, en doe dat nu niet. Ik begrijp en respecteer anderen, die het wel deden, maar ik blijf erin….een bewuste keuze.  

Eigenlijk ben ik er wel trots op en vind ik het een winstpunt, dat er zoveel mensen zijn, die er serieus over nagedacht hebben. Het wijst erop dat de kerk hun dierbaar is, maar ook dat zij niet alles slikken; dat zij mondig zijn en een eigen mening hebben, dat zij op hun eigen geweten durven koersen en zich dat door niets en niemand laten afnemen. De tijd dat wij alleen maar naar boven keken voor antwoorden op onze vragen is voorbij. Wij zijn zelf verantwoordelijk voor de stappen die wij zetten. Bisschop Bekkers van Den Bosch was in de zestiger jaren een groot voorvechter van deze gedachte. En bovendien, dit was een van de belangrijkste punten van het Tweede Vaticaans Concilie: de vrijheid van het eigen geweten; het geweten als eerste en hoogste norm van ons handelen.

 

Was dat dan niet altijd zo? Ik denk het niet. De oudsten onder ons zullen zich die tijd nog wel herinneren: Ons geweten lag vroeger in de biechtstoel.  De kerk was een piramide: De kerk - zo werd gedacht - was de kerk van Rome; de paus en de bisschoppen en de priesters bepaalden wat mocht en niet mocht, wie erbij hoorde en wie niet. Gewone mensen stonden onder aan de ladder, en hadden slechts uit te voeren, wat daarboven bedacht en beslist en voorgeschreven werd. “Roma locuta, causa finita”, was het gezegde; als Rome gesproken heeft, is de kous af.

Aan die gedachte heeft het Vaticaanse Concilie een einde gemaakt. De kerk dat zijn wij “Gods volk onderweg”, mensen aan de basis zoals wij hier samen zijn, die proberen te begrijpen wat het vandaag-de-dag, in onze omgeving, betekent om Jezus van Nazareth te volgen. Dat is immers zijn opdracht voor ons christenen; de wereld waarin wij leven, moet mooier worden; zijn Rijk moet komen…door ons.

 

Mag/moet er dan geen paus zijn? Jazeker, ik denk dat een wereldkerk om leiding vraagt; een leiding die de band tussen plaatselijke kerken bewaart en soms een gezaghebbende stem laat horen in belangrijke kwesties. Maar die kerk heeft geen behoefte aan een leiding die alle gezag naar zich toetrekt en bang is voor bewuste, zelf nadenkende, hun eigen geweten volgende, gelovigen. En mag de paus ook nog eens fouten maken?  De eerste paus, Petrus, heeft menig keer - vóór en na zijn aanstelling - de plank misgeslagen, en toch heeft Jezus juist over hem gezegd: Op deze steenrots zal ik mijn kerk bouwen. Waarom zou de paus niet mogen zeggen: Goh, ik heb dit verkeerd ingeschat, ik heb me vergist? Iemand in die positie die zich kwetsbaar durft op te stellen, wint wat mij betreft aan gezag en geloofwaardigheid. In die geest lees ik de verklaring van de Nederlandse bisschoppen over deze kwestie.

 

Zo straks bij het begin zongen wij: “wij zoeken U als wij samen komen, hopen dat Gij aanwezig zijt, hopen dat het er eens van zal komen, mensen in vrede vandaag en altijd”.  Dat is kerk: wij hier samen, proberend zijn boodschap te pakken, en te doen. Zo simpel is het!  In die kerk wil ik geloven, een gemeenschap van gelovige mensen, die serieus werk willen maken van de boodschap van Jezus, op deze plek, in 2009. Een gemeenschap van mensen, die een levende rank aan de wijnstok proberen te zijn. Die kerk laten we ons niet afnemen, door niets en door niemand.

Amen.