Rentmeesterschap

© Geert Bles, Heerlen 2007



Ik ben weer terug van vakantie, zoals waarschijnlijk verschillenden onder u. Het is goed om elkaar weer terug te zien. Ik heb even mogen genieten van mijn geboortestreek, de Achterhoek, van stilte, van pure natuur, van helder stromende beekjes, van zuivere lucht, van de reuk van vers gemaaid gras en van hooi, van rustig grazende koeien, maar ook van reeën en herten die zich buiten hun schuilplaatsen waagden. In een lokaal blad schreef iemand onder de rubriek lezers pakken de pen over Moeder Aarde: “De natuur leert ons en geeft ons veel uit haar onuitputtelijke schatkamer. Zodra een dier of mens op de wereld komt, is het eerste wat hij doet: de lucht inademen, want ieder levend wezen heeft zuurstof nodig. Het tweede wat een plant, mens of dier nodig heeft is water, helder water. Deze twee elementen zijn van levensbelang, water en lucht”. “Maar”, zo gaat diezelfde lezer verder, “onze Moeder Aarde wordt snel vergiftigd: het klimaat verandert door ons afval, door chemische ontwikkelingen, door de mentaliteit van de niet nadenkende mens.”

 

Dit schreef de schrijver van de ingezonden brief.  En hier ben ik - zo dacht ik toen ik mij in de afgelopen dagen voorbereidde op deze overweging - hier ben ik misschien wel bij de kern van het evangelie van vandaag. Het is bekend, dat mensen in miljoenensteden als Tokio en Mexico City grote delen van het jaar leven en werken met een mondlapje voor, om de lucht die zij inademen, te zuiveren van schadelijke stoffen.  Het was deze week in het nieuws: Peking in China maakt zich klaar voor de Olympische spelen in 2008, maar deskundigen vragen zich nu al af, of bepaalde onderdelen van sport, zoals het wielrennen, daar wel zullen kunnen plaats vinden; omdat de lucht te vervuild is. En - om wat dichter bij huis te blijven - wij weten dat ook langs onze grote snelwegen de hoeveelheid uitlaatgassen de grenzen van het toelaatbare ver overschrijden.

 

Ja, de kern van het evangelie lijkt te zijn: wees goede beheerders van de aarde die ik jullie toevertrouw, wees niet uit op korte termijn gewin, zorg voor beurzen die niet verslijten, houd je lendenen omgord en je lampen brandend

Wees waakzaam, zegt Jezus, hou je oog gericht op verre horizonten, op de criteria van het koninkrijk Gods en laat je niet meesleuren door wat deze wereld zo belangrijk acht.

 

Maar wat doen wij mensen? Zijn wij echt wel de goede rentmeesters van de aarde, die ons is toevertrouwd? Of beschamen wij misschien dat geschonken vertrouwen? En hollen wij maar door, zonder na te denken, of de wereld, die wij aan onze kinderen en kleinkinderen nalaten, straks nog wel leefbaar zal zijn? 

 

Wij mensen zijn geroepen om de goede keuzes te maken, om ons te richten op toekomst, om zorgvuldig en eerbiedig met de schepping om te gaan.  Wij zijn geroepen om ons in te leven in de criteria, die in Gods Koninkrijk gelden, en ons die criteria eigen te maken en te beleven midden in de wereld, waarin wij leven, als het moet tegen de grote massa in.

Wij zijn geroepen om alert te zijn, om ons te bevrijden uit - wat Dorothee Solle noemt - de agressieve mensonwaardige consumptiecultuur. Wij zijn geroepen om - zoals het evangelie zegt - voor ‘die onuitputtelijke schat in de hemel te gaan, waar geen dief bij kan komen en die geen mot kan aantasten’.

 

Mensen die zo’n keuze niet maken, die - zonder na te denken - meegaan in die agressieve  consumptiecultuur, betalen een prijs: zij zijn - tot hun eigen nadeel -  constant gefocust op halen, hebben en houden; en het maakt hen niet gelukkig. Maar zij die wel de keuze maken voor een leefbare toekomst, ondervinden voldoening en vreugde; ze genieten met volle teugen van het leven in een mooie wereld.   

 

Het duits kent naast het woord 'Heimweh' het woord 'Fernweh'; het nederlands heeft hier geen woord voor. Terwijl heimwee gericht is op het verleden, op wat achter ons ligt, is 'Fernweh' gericht op de toekomst, op wat nog niet is maar wel mogelijk is. Het wordt gedragen door een onuitputtelijk en onstilbaar verlangen naar wat menselijkerwijs gesproken soms zo ver weg lijkt: een mooie wereld waar volop te leven is voor iedereen. Dit is geen onvervulbare utopie; het is mogelijk voor hen die geloven; die zich laten bewegen door Gods criteria en door Gods verwachtingen van de mens.

 

Ik kom nog eens terug op het begin van mijn overweging. Genieten van de  natuur, van de stilte, van de zuivere lucht,  er is niet zoveel voor nodig; het is binnen ieders bereik.