We
zien al wekenlang de beelden van de
twee kinderen, Holly en Jessica, op de buis. Het doet ons telkens denken aan
wat deze kinderen hebben doorgemaakt en wat de ouders nu doormaken. Een afschuwelijk drama ergens in een dorpje in
Engeland. We vragen ons af: hoe kunnen mensen zoiets doen? Zal het dan nooit
anders worden?
En
al maandenlang worden we geconfronteerd met de bloedige aanslagen in Israel en de gerichte represailles als antwoord daarop in de Palestijnse
gebieden. Hoe kunnen mensen elkaar dit aandoen? Zal het dan nooit anders
worden?
Maar
we hoeven niet met de vinger te wijzen
naar ver weg. In onze eigen samenleving, soms in onze buurt of zelfs in
families, zien we wat mensen elkaar
aandoen. Er is veel onverdraagzaamheid en liefdeloosheid. Zal het dan nooit eens anders worden?
Het
rijk der hemelen, die mooie wereld, waar dat allemaal niet plaats vindt, waar
het goed is, waar God God mag zijn op
zijn/haar manier, waar God niet op
mensenmaat gesneden wordt en niet voor
ons wagentje gespannen wordt, waar elke mens
mens mag zijn op haar/zijn unieke manier, waar liefde en gerechtigheid
heersen, ja die wereld lijkt zo ver weg, zo onwerkelijk, zo onbereikbaar
en gesloten voor ons. Maar toch, er is een sleutel!
Ik
weet niet hoe het u vergaat. Ik ontmoet nogal eens mensen in mijn leven, die op de een of andere manier mij diep
raken. Vaak weet ik niet eens precies te verwoorden waarom. Wel ervaar ik dat
er iets moois in hen is, dat een snaar in mij raakt. En wel weet ik ook dat het iets te maken heeft met pure goedheid, met liefde. Soms laat ik me tov. zo iemand spontaan
ontvallen: wat ben je mooi! Zij doen me denken aan God. Als ik probeer te denken hoe God er uit
zou zien, dan helpen deze mensen mij op weg. Want zij dragen iets van God, die
liefde is, in zich en ze dragen het uit in hun leven, zonder pretenties, zonder veel woorden, heel stilletjes, heel
echt, zomaar door te zijn wie ze zijn, door hun lieve houding tov.
anderen. Zij zijn voor mij sleutelfiguren, die iets zichtbaar maken van
het rijk van God.
Zou
zoiets ook niet aan de orde zijn in de evangelielezing vandaag. Jezus vraagt
aan zijn leerlingen: wie zeggen de
mensen dat Ik ben? En dan komen de antwoorden:
sommigen zeggen Johannes de Doper; anderen zeggen: Jeremia, Elia of een
van de profeten. Maar Jezus blijft aandringen op een antwoord van henzelf. Dan
komt Petrus over de brug: Jij bent de Christus, de Messias, uit het rijk der hemelen, uit die mooie
wereld, waarnaar wij in ons diepste zelf allemaal hunkeren, maar die in
werkelijkheid vaak zo ver te zoeken is.
En
dan antwoordt Jezus: Petrus, jij slaat
de spijker op de kop, als je dat in mij ziet, als je aanvoelt waar Ik door
gedreven word; jij bent een kei, de steenrots, het fundament waarop die nieuwe
wereld kan ontstaan; jij hebt de
sleutel van het rijk der hemelen in je hand.
Wij
hebben tot voor kort dit evangelie heel anders verstaan. Wij hebben het verarmd,
verengd tot slechts een persoon,
tot de paus van Rome. Alsof hij alleen de sleutel zou dragen en de deur zou kunnen openen naar het rijk der hemelen. Alsof hij
alleen daartoe gemachtigd zou zijn.
Is
het daarom te verwonderen dat onze
medechristenen, de kerken uit de
reformatie die in de regel dezelfde
lezingen gebruiken op de zondagen als wij katholieken, het evangelieverhaal van vandaag overslaan, vanwege die enge interpretatie
die de katholieke kerk eraan gaf en
geeft?
Zij
gaan terecht niet mee in die verschraling van de woorden van Jezus. De sleutels
zijn door Hem niet bedoeld als machtsmiddel. Iedereen heeft ze in handen, die
geraakt is door die Man van Nazareth, die aanvoelt wat Hem beweegt en
van waaruit Hij leeft. Iedereen heeft
ze in handen, die in zijn spoor gaat
en, wat Hij deed, probeert te doen in zijn/haar dag-en-dagelijks leven.
Iedereen, die door zijn/haar levenspraktijk het zicht opent op die betere
wereld, die wereld van liefde.
En
waar mensen dat samen proberen te doen als gemeenschap, daar is de
kerk van Jezus Christus. Die kerk
blijft een kerk van mensen, ook dat leren wij van de figuur van Petrus. Het kerkenwerk blijft mensenwerk. Petrus die vandaag een kei genoemd wordt,
is een gewone mens, soms heel zwak,
vaak een steen des aanstoots, een struikelblok. Luister de komende zondag naar
de evangelielezing. Dan hoor je hoe Petrus de plank misslaat, en kort na het
compliment van vandaag, een uitbrander krijgt. Hij is een gewone mens van vlees en bloed, geen krachtpatser, die
alles weet en nooit twijfelt, en nooit bang of zwak is. Hoe groots het
bouwwerk van de kerk soms ook mag lijken, het zijn altijd maar gewone mensen
die haar opbouwen, gewone mensen die niet perfect, die niet onfeilbaar zijn (dat
geldt van hoog tot laag) , maar mensen die met vallen en opstaan proberen in
het spoor te gaan van de Man van Nazareth en het zicht op die betere wereld
open te houden.
Dat
is juist het hoopgevende. Of je nu paus
bent, of bisschop, of pastor, of
gewoon parochiaan, we zijn allemaal mensen van vlees en bloed, mensen
met sterke en zwakke kanten. Het bemoedigende is, dat Jezus ons daar niet op afrekent.
Hij heeft ons nodig en roept ons
om sleutelfiguren te zijn, om het zicht op die betere wereld te openen voor anderen, vooral door ons gedrag te laten zien dat die
mooie wereld, het rijk der hemelen, niet onmogelijk is.
Voorbede:
Levende God,
zend ons uw Geest,
opdat wij niet verstarren in onze overtuiging en
principes,
maar mee bewegen met het leven,
dat telkens nieuwe perspectieven opent
voor die mooie
wereld waarnaar wij allen hunkeren,
het rijk der hemelen.
Levende God,
zend ons uw Geest,
die van Jezus maakte wie Hij was:
een liefdevolle mens,
die ruimte voor leven gaf,
die - hièr - al leefde in die mooie wereld,
het rijk der hemelen.
Levende God,
zend ons uw Geest,
opdat wij de rots mogen zijn
waarop de mooie
wereld gebouwd kan worden,
volheid van leven voor iedereen.
het rijkder hemelen.
Levende God,
zend ons uw Geest,
die ons in vlam zet voor die man van Nazareth,
en ons - zó - de
sleutel geeft om de poort te openen voor mensen
naar die mooie wereld,
het rijk der hemelen.
Levende
God,
voor
onszelf die samen kerk willen zijn bidden wij:
dat
wij groeien in liefde en trouw,
dat
wij met vallen en opstaan ons blijven inspannen voor recht en vrede,
dicht
bij huis en ver van hier,
en
zo bijdragen aan de komst van die mooie wereld,
het
rijk der hemelen.