22e Zondag door het Jaar

© Nan Paffen, Heerlen 2008



U kent ze vast wel, van die mensen die zich helemaal inzetten voor iets dat zij de moeite waard vinden. Een koortje van  mensen met een verstandelijke beperking, ook al kost dat veel moeite en tijd en ook al is er vanuit de leiding vaak weinig waardering voor al die inzet. Iemand kookt al jarenlang voor verslaafden en daklozen. En dezen lopen echt niet altijd over van dankbaarheid. Iemand die met veel toewijding het secretariaat op zich neemt en telkens van allerlei kanten belaagd wordt met kritiek. Iemand die overal – in de wijk, in kerken, in politiek – probeert aandacht te vragen voor armoede, voor vluchtelingen, voor eerlijke handel; en toch nauwelijks echte steun ondervindt. En toch gaan ze door. Omdat ze niet anders kunnen. Omdat ze in hun hart voelen dat ze dit moeten doen, dat dit goed is om te doen. De wereld draait niet langer meer alleen om henzelf. Niet hun eigenbelang is wat telt, nee ze zijn voortaan vooral gericht op anderen. Hun ideaal is hun heilig. Het wordt doel en motor van hun leven.

Zoiets horen we vandaag ook bij Jeremia. Hij vertelt de mensen dat het niet goed zal aflopen als zij hun leven niet beteren. Hij verkondigt dat er onheil (oorlog) boven hun hoofd hangt. Maar de mensen willen het niet horen en de officiële gezagsdragers zetten hem de tempel uit. Hij wordt zelfs in de gevangenis gezet. Maar zelfs daar gaat hij door. Tegen wil en dank. En hij klaagt tegenover God: ‘soms wil ik er niets meer van weten, ik spreek niet meer in uw naam. Maar dan laait er een vuur op in mijn hart.’ En hij gaat toch door.

Blijkbaar is er voor hem een ‘heilig moeten’, hij kan niet anders. God is te sterk voor hem.

 

In het evangelie is het Jezus die gedreven wordt door zijn eigen levensroeping, de stem van God in Hem. Ook Hij kan niet anders dan blijven vertellen dat mensen anders moeten gaan leven zodat de wereld worden kan zoals God hem heeft bedoeld: een wereld waar iedereen mag zijn wie hij / zij is, waar iedereen evenveel waard is, waar mensen in vrede kunnen leven, zonder honger en armoede, zonder geweld en ruzie. Zo’n wereld komt niet uit de lucht vallen. Daar moeten mensen aan werken. En dat is niet altijd gemakkelijk. Dat heeft Jezus wel ervaren; vooral mensen die veel macht hebben of rijk zijn, vinden dit geen fijne boodschap. Nu gaat Jezus naar Jeruzalem, daar waar de mensen wonen die veel macht hebben (hogepriesters en schriftgeleerden) en die Zijn woorden maar opruiende taal vinden. Ze zijn hem liever kwijt dan rijk. En Jezus voorspelt vandaag aan zijn vrienden dat het wel eens niet goed kan aflopen met hem, daar in Jeruzalem.

En Petrus, zijn goede vriend, wil dat niet horen. Ik kan me dat goed voorstellen. Je wilt toch niet dat je beste vriend iets slechts overkomt. Maar Jezus wil er niet van horen: ‘weg jij, satan, je bent een struikelblok voor mij’. Die arme Petrus. Vorige week nog werd hij de hemel in geprezen, werd hij een sleuteldrager, ‘een rotsblok’ genoemd, iemand waar je op kunt bouwen. En vandaag is hij een struikelblok, iemand die je in de weg staat. Vandaag staat hij Jezus in de weg. Letterlijk, op de weg naar Jeruzalem. Op de weg die hem waarschijnlijk veel problemen gaat opleveren, ja zelfs op de weg die naar de dood zal leiden. Maar dat alles moet Hij wel op de koop toe nemen, want Hij kan niet stil in een hoekje gaan zitten en zijn mond houden. Jezus wil blijven opkomen voor kleine mensen, voor armen en weduwen, voor zieken en zondaars. Iedereen telt voor hem mee. Niemand wordt buitengesloten. En wie alleen voor eigen macht en eigen rijkdom opkomt, wie de letter van wet belangrijker vindt dan de mensen, die kan op fikse kritiek van Jezus rekenen. In woorden en daden zegt Hij en laat Hij zien hoe mensen met elkaar kunnen leven en omgaan, hoe de wereld volgens God bedoeld is. En dat het kan! Maar het kost hem wel uiteindelijk zijn leven!

Want ‘wie zijn leven wil redden, zal het verliezen. Wie zijn leven verliest vanwege Mij, zal het vinden’, zo zegt Jezus. ‘Want wat baat het de mens als hij de hele wereld wint, maar zichzelf schade toebrengt?’

Ik vind het maar moeilijk hoor. Je leven verliezen….

Maar het gaat Jezus niet om een duistere drang tot zelfvernietiging, maar om de boodschap van recht en gerechtigheid die verkondigd moest worden. wat de machtige heren in Jeruzalem daar ook van mochten denken.

In onze tijd vertaald: je eigen leven redden, dwz als je alleen oog hebt voor wat alleen voor jou zelf goed is, wat alleen voor jou voordelig is en niet voor anderen, dat is geen echt leven; tenminste niet zoals God dat bedoeld heeft. Dan verlies je het. Maar als je echt met anderen rekening houdt, als je jezelf, je geld en goed durft te delen en je in te zetten voor die wereld omgekeerd, die goede wereld voor iedereen, dan verlies je misschien wel aanzien of macht, dan verlies je misschien geld, status of carričre, maar dan vind je het echte leven; dan leef je zoals God het leven ook bedoeld heeft.

Wie daartoe bereid is, wiens durf daartoe sterker is dan de zorg om lijfelijk zelfbehoud, zal leven vinden over de grenzen van dood en duisternis heen. Amen.