©
Een moeilijk feest, dat we
vandaag vieren, kruisverheffing. Gaan we het kruis,
het lijden, vandaag verheerlijken? Ik heb de lezingen meerdere keren doorgenomen,
en mij telkens afgevraagd: waar gaat het nu over? Wat is nou de crux van het
verhaal? Wat is de boodschap? Ik vond het moeilijk om er een vinger achter te
krijgen. Laten we het proberen:
Ja, er is lijden in de
wereld, veel lijden. Ik hoef de televisie maar aan te zetten, ik hoef de krant
maar open te slaan. Het is een aaneenrijging van lijden: oorlog, honger,
armoede, ziekte, geweld. Er is een rijmpje uit mijn moeders tijd:
“Ieder krijgt zijn deel op
aard, ieder heeft wat hem bezwaart, ieder hart en ieder huis, heeft zijn eigen
smart en eigen kruis.”
Hoe gaan wij mensen daar mee
om?
De grote massa ziet God als
een machtig figuur, ergens daarboven zetelend, almachtig zelfs. En als Hij
almachtig is, dan heeft Hij een antwoord op al onze vragen, als wij klem
zitten, door ziekte of wat voor nood dan ook. Dat antwoord moet Hij dan ook
maar geven. Die almachtige God fungeert als een ‘stoplap’ voor de gebreken van
de wereld, als keerzijde van onze onmacht. “God waar was jij, toen de nood zo
hoog was?” wordt vaak gehoord. “Ik ga niet meer naar de kerk, ik geloof niet
meer in God, Hij bestaat niet, dat is toch duidelijk, er gebeurt immers niets,
de ellende duurt maar voort, Hij doet niets.” Ja, zo reageert de grote massa vaak.
Maar er is iemand, die niet
als die grote massa reageert. Iemand die zich anders opstelt; die een
bijzondere relatie heeft met God; die God zijn Vader noemt; die zegt: “uw Vader
in de hemel voorziet in alles wat je nodig hebt; maak je daar niet bezorgd
over; durf je maar aan Hem over te geven.” Die iemand is Jezus van Nazareth.
Jezus reageert anders op het lijden in de wereld. Hij ziet God niet als diegene
die het allemaal wel zal opknappen; hij voelt zichzelf geroepen om aan de slag
te gaan, om het lijden de wereld uit te helpen. Vanaf het eerste moment van
zijn optreden weet Hij wat hem te doen staat. Vanaf het eerste moment van zijn
optreden vinden we hem bij de armen, bij de zieken, bij de mensen die lijden.
En juist daarom, omdat Hij
zich verantwoordelijk weet om het lijden van de mensen te verlichten; juist
omdat Hij niet God verantwoordelijk wilde stellen voor het kwaad en het lijden
in de wereld, maar het als zijn taak zag om zelf aan de slag te gaan, daarom
gingen mensen Hem als bijzonder ervaren, liepen ze met Hem weg, gingen zij Hem
Zoon van God noemen. Maar wat zien we dan gebeuren? Dat laatste was een doorn in het oog
van de leiders van het volk, van de religieuze leiders. Ze gingen Hem
vervolgen; zijn naam besmeuren; Hij is een volksverlakker; “wie denkt Hij wel
dat Hij is?!” En
ze veroordeelden Hem uiteindelijk als een misdadiger tot het kruis.
Jezus leed onder die vervolging; Hij was een mens zoals ieder ander. Natuurlijk kende ook
Hij angst voor het lijden dat Hij op zich af zag komen. Hij riep tot zijn vader:
“waarom heb je mij verlaten?! laat die kelk aan Mij voorbijgaan!” Maar Hij ontliep dat kruis niet, dat volgde
uit zijn inzet; dat gepaard ging met het nemen van zijn verantwoordelijkheid.
Het is dat kruis dat wij vandaag omhoog steken, niet als teken van dood, maar
als teken van leven. “Iedereen, die in deze Jezus gelooft, bezit eeuwig leven,”
zegt het evangelie.
Vandaag is het Nationale
Ziekendag. We hebben ook in onze omgeving te maken met mensen, die lijden:
vanwege ziekte, pijn, ouderdom met gebreken, verdriet of eenzaamheid. Er zijn
verschillende manieren mogelijk om daar mee om te gaan: Ik kan zeggen “daar is God voor”; Hij
kan/moet maar ingrijpen en het voor hen oplossen, daar is Hij voor! Dat is een manier. Ik kan ook
zeggen: daar zijn hulpgevende instanties voor, sociale diensten, etc. ik bemoei
me daar niet mee! Dat is ook een manier. Maar er is ook de manier van Jezus van
Nazareth: zelf oog en hart hebben voor die zieke lijdende medemens, er
letterlijk voor 100% voor hen zijn, niet met vooropgezette ideeën of
vooroordelen, niet het gesprek naar je toetrekken, maar met volle aandacht,
luisterend aanwezig zijn. Gewoon maar er zijn, zonder agenda. Zou dat niet de
manier zijn, die helend is, die leven schenkt? En die binnen ieders bereik ligt?