Een jongeman komt bij Jezus
met de vraag: ‘wat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwig leven’? Met
andere woorden: wat moet ik doen om mijn leven kwaliteit te geven, om mijn
leven in te richten zoals God het van mij verlangt? Ik doe immers alles wat ik meen te moeten
doen.’ Jezus antwoordt hem: ‘aan één ding ontbreekt
het je nog’.
Dat antwoord maakt
nieuwsgierig, omdat het de kern van zijn boodschap lijkt te bevatten. Aan één ding ontbreekt het je: juist
wat mensen denken dat hen gelukkig maakt, moet de deur uit: rijkdom …bezit… Er
is inzicht voor nodig, wijsheid, zegt de eerste lezing om dát te zien.
Ik wil een voorbeeld geven.
Op 3 september had de Volkskrant groot op de voorpagina, ik
citeer: ‘Russische verdedigers van mensenrechten worden vermoord; Tanja Loksjina geeft niet op; kritiek is dodelijk in
Tsjetsjenië.’
Tanja is een jonge vrouw,
onderdirecteur van het mensenrechtenbureau Human Rights Watch in Moskou. Ze zet
zich in voor mensenrechten in Tsjetsjenië… levensgevaarlijk! ‘Het aantal
verdwijningen van mensen, die zich verzetten tegen het regime in Tsjetsjenië,
is torenhoog. Dit jaar zijn er al 80 ontvoerd of verdwenen.
De groep, die zich daar mee bezighoudt, wordt steeds kleiner; we worden
uitgeroeid’, zegt ze. Drie jaar geleden werd de journaliste Anna Politkovskoja voor de deur van haar appartement in Moskou
doodgeschoten, een uitgesproken tegenstandster van Wladimir
Poetin en zijn zetbaas in Tsjetsjenië, Kadyrov. Dit
jaar volgde de moord op Natalja Estemirova,
een vriendin van Tanja, en nog twee andere mensenrechtenactivisten in Tjsetsjenië. Maar zij geeft niet op; heel
cool, wars van emoties, eerder droogjes, stelt zij
vast: ‘we worden uitgeroeid; ik ben ook bedreigd, maar dat is onderdeel van het
werk.’
Deze jonge vrouw moet
hebben gebeden om inzicht, zoals de eerste lezing zegt,;
ze moet hebben gesmeekt om wijsheid.
‘Aan een ding ontbreekt het je’, zegt Jezus, ‘geef alles op en kom dan
bij mij terug’. Geef alles wat je bezit op; geef je bezit op, geef je positie
van macht op; geef je gelijk-willen-hebben op; en neem de ander, wie
hij/zij ook is, oerserieus; laat de ander altijd in zijn/haar waarde; laat de ander
tot recht komen; geef hun het woord en luister naar wat er diep in hen leeft,
voel hun pijn. Tanja Loksjina heeft begrepen, waar
het in het leven om gaat en het tot haar grondhouding gemaakt. Ze heeft alles
opgegeven en is zelfs bereid om haar leven op te geven.
Zou deze jonge vrouw bij
een kerk horen of de christelijke geloofsovertuiging hebben? Ik weet het niet.
Wat ik wél weet is, dat zij feitelijk gevolg geeft aan de oproep van Jezus ‘ga
en verkoop alles wat je hebt en volg mij’.
Wetend dat het dáárover
gaat, kijk ik naar onze parochiegemeenschap. Wij willen toch een gemeenschap
van mensen zijn, die nú in 2009… hier in Heerlen… beantwoordt aan wat Jezus van
ons verwacht. Wij willen geen gemeenschap zijn, waarin macht een rol speelt; waarin de een over de ander heen rolt, waarin
de een zijn/haar positie uitbuit om de ander te kleineren; dat gebeurt al
genoeg daarbuiten. Maar wij willen een gemeenschap zijn van mensen die als
broeders/zusters met elkaar omgaan; een
gemeenschap die steeds meer gaat lijken op het ideaal dat Jezus voor ogen staat
en dat Hij noemt ‘het
Koninkrijk Gods’. Hij spreekt erover zoals vandaag; Hij heeft het ons
voorgeleefd; Hij liet de ander altijd in zijn/haar waarde; Hij beschermde de
ander altijd tegen machtsmisbruik, tegen kleinering, tegen afdanking, tegen
uitbuiting; Hij stond altijd letterlijk aan de kant van de kleinen, de armen,
de weduwen, de gevangenen, de zieken, de gehandicapten, de zondaars, de mensen,
die in de samenleving dreigen in de marge te raken.
Als Andreas-gemeenschap
willen wij aan zijn zijde staan, met Hem op weg gaan, ons gezamenlijk - net als
Hij in zijn tijd - verantwoordelijk weten om zijn kwaliteit van leven in te
brengen in de wereld van vandaag; een wereld
waarin het over-kleine-mensen-heen-walsen
de norm lijkt te zijn; een wereld waarin macht, bezit, rijkdom, status gelden. Maar,
als we Hem serieus willen volgen, dan moeten wij binnen deze gemeenschap geen
steken laten vallen, en van onze fouten willen leren, elkaar willen steunen,
elkaar durven corrigeren en bijsturen. Dan moeten wij binnen deze gemeenschap
zelf goed met elkaar omgaan, zoals Jezus dat voor ogen staat. Dan pas zal, wat
wij hierbinnen samen vieren, ook vruchtbaar worden
naar buiten; dan zal wat wij hierbinnen vieren uitstraling hebben en bijdragen
aan de realisering van het Koninkrijk Gods.
Tanja Loksjina
heeft begrepen wat inzicht en inzet voor die mooiere wereld van haar vraagt:
alles, zelfs je leven veil hebben. Zij , en ook wij, willen geloven dat
het geen utopie is. ‘Reiziger er is geen weg; al gaande wordt de weg gebaand’
stond ooit tegen deze achtermuur.