Wie bént
U? Voor die vraag waren priesters en Levieten helemaal uit Jeruzalem gekomen. Johannes’
aantrekkingskracht in de woestijn, in Betanië aan de
overkant van de Jordaan, voelde steeds meer als een bedreiging van de macht van
de gevestigde orde.
Wie bent U vragen ze hem?
Johannes vindt niet zo snel de juiste antwoorden, het is ook een van de
moeilijkste vragen die je iemand kunt stellen.
Hij
begint met te zeggen wie hij niet is, niet de Messias, Elia
niet, de profeet niet.
Maar wie bent u dan?
Op die vraag, wie ben
jij, wie ben ik, wil ik dieper met u ingaan, omdat ze zo wezenlijk is om een
antwoord te vinden op mijn vraag in het begin, waarom raakt u, raken wij, ik, niet
verheugd of gaan niet uit ons dak als we het blijde nieuws van Jesaja horen:
gebroken harten worden verbonden, gevangenen vrijgelaten,
wie geketend is ervaart licht en bevrijding; ons heil zal ontkiemen…
Waar zijn wij mee bezig
dat die blijde boodschap niet bij ons binnenkomt?
Hoe kunnen wij kerstmis
vieren, ons leven zo inrichten dat God kan komen,
wat belemmert ons, u en mij, om vragen als “wie ben
ik, wie ben jij” te stellen…
Waarom stellen we die
vragen vaak uit tot momenten waarop je niet meer anders kunt, als je verliefd
bent, tot je ouders of grootouders wordt, het moment waarop je je roeping, aanvaardt, als je dood gaat…
Om elkaar en jezelf te
durven bevragen op hoe is mijn band met God,
of hoe geven we ons leven zó vorm met elkaar dat Hij
kan komen,
wat hebben we daarvoor nodig, welke drempel moeten we
daarvoor nemen?
Zie ik mijzelf als mens
tussen medemensen,
als mens die het leven gekregen heeft om mens te
worden,
wat moet ik doen en laten om die mens te worden?
Zie je jezelf als iemand die
liefde kan geven en ontvangen,
die aangewezen is op de liefde van God?
Hoe geven wij met elkaar
hier vorm aan ons leven en onze gemeenschap
opdat God kan komen in deze wereld,
als we Jes. en Johannes al niet horen als brengers
van een blijde boodschap?
Hoe ruimen wij op wat ons
hindert, hoe vergevingsgezind ben ik,
durf ik opnieuw te beginnen,
hoe open ben ik om me te laten raken door de blijde boodschap van vandaag ?
Wat kunnen wij nu doen,
concreet, wat mag er niét gebeuren?
Misschien moet onze
liturgie ons meer aanzetten en uitdagen om levensvragen boven tafel te krijgen,
door vooral ook te luisteren naar elkaar…
hier in deze ruimte, onder deze overweging
Mag ik u uitnodigen om bv.
met uw buur voor of achter, of met iemand met wie u al lang eens had willen
praten, een paar minuten te praten over
wie ben ik, wie zou ik willen zijn, wij ben jij, wie
zou jij willen zijn?
zoemtijd…
De vraag was:
Hoe kan God komen in deze
wereld, in mij,
wanneer voel ik dat Hij mij draagt, dat Hij kan ontkiemen
in ons zoals Jes. vandaag zegt
wat een mooi woord is dat ontkiemen….dat er kan
ontkiemen wat er is…..
Johannes als rank aan de
wijnstok zegt,
of misschien schreeuwt ie wel uit als de
autoriteiten hem ondervragen:
als mens moet je één ding doen
de weg vrij maken voor Hem die komt
voor wie er is, als je Hem wil zien
op onvoorziene plekken en bij niet geziene mensen, Amen