Toen ik kort geleden met
enkele mensen aan tafel zat om deze dienst voor te bereiden, waren er twee bij
van de groep ‘de Zonnestralen’. U weet wie de Zonnestralen zijn, u kunt u
erover lezen in de Courier van deze week. Zij kwamen met het idee om deze
viering als thema mee te geven: samen blijven. Zij hadden juist ervaren,
waartoe verbondenheid met elkaar in staat is. Als onderdeel van hun
voorbereiding op het vormsel op 13 Juni, had deze
groep een zeskamp georganiseerd voor 26 kinderen uit het Asielzoekerscentrum.
Ik was daarbij uitgenodigd. Ik was verrast door wat ik daar meemaakte: één
groot feest. Kinderen, klein en groot, overal vandaan, uit China, Heerlen,
Afrika, Irak, met of zonder hoofddoekje, speelden samen. Een onvergetelijke dag
hebben zij bezorgd aan die kinderen uit het AZC en hun ouders! Dat is wat een
groep, die samenschoolt, samen plannen maakt en samenwerkt
……kan doen om onze wereld mooier en leefbaarder te maken. En ze moeten hebben
ervaren, dat het veel voldoening en plezier geeft, als je zoiets samen bedenkt
en er samen aan werkt.
Het evangelie van vandaag spreekt
over het belang van verbondenheid met elkaar en met God en geeft een beeld van
de wijnstok en de ranken. Alleen in verbondenheid met God is het mogelijk te
groeien in geloof en vruchtbaar te zijn. Wij weten uit ervaring hoe belangrijk
in het leven van alledag het gevoel van betrokkenheid op elkaar is voor een
vruchtbare samenwerking. Als het personeel van een school of van een
onderneming een hecht team is, dat zich en bloc inzet
voor een gemeenschappelijk doel, tekent zich dat af in een goed product. Een onderling
gevoel van ’we maken er samen wat van’,’we staan er samen voor’ en ‘iedereen
van hoog tot laag telt’, zo’n onderling gevoel doet
wonderen. Als er in een gezin een hechte band is, een onderlinge betrokkenheid,
een gevoel van ‘wij horen bij elkaar, want we hebben iets gemeenschappelijks’,
dan zit het met zo’n gezin wel goed. Ze stralen het
uit, ze staan in voor elkaar, ze komen op voor elkaar, geen gezinslid raakt erbuiten,
ieder wordt binnenboord gehouden. Verbondenheid is als het cement in een
bouwwerk, of als het ijzeren vlechtwerk in het beton. Maar als dat mankeert,
dreigt er gevaar.
Ik
wil u het anansi-verhaal vertellen uit Afrika, het verhaal van de leeuw
en de mieren. De leeuw, de koning van de dieren, wilde gaan rusten, maar hij
had de euvele moed om op het huis van de mieren te gaan liggen. Die kwamen
daardoor in de problemen. De ijverige mieren belegden een vergadering om zich
te beraden hoe dit op te lossen. En de oplossing kwam er: Er werden opdrachten gegeven. Een
groep werd naar de neus van de leeuw gestuurd om te kriebelen, een tweede groep
naar zijn ogen, een groep naar zijn oren, een groepje naar zijn staart, en naar
elke poot een groep. De leeuw sloeg eerst een keer met zijn staart, schudde een
keer met zijn kop, maar tevergeefs; de mieren bleven nieuwe troepen sturen. Tenslotte stond koning leeuw op, brulde van kwaadheid,
schudde de mieren van zich af, en vertrok naar een andere plek. Als je de koppen
bij elkaar steekt en samen iets wilt bereiken, kun je de wereld veranderen.
In deze tijd na Pasen worden
wij geconfronteerd met verhalen over de eerste christen gemeenschappen. Er
wordt een ideale toestand geschilderd van eenheid, van verbondenheid, van zorg
voor elkaar. Er was geen noodlijdende onder hen; mensen bezaten alles
gemeenschappelijk. Maar in de eerste lezing van vandaag horen wij een ander
geluid. Er is sprake van spanning, misverstand, conflict. Paulus loopt zelfs gevaar voor zijn leven.
Het is duidelijk: de kerk bestaat uit gewone mensen van vlees en bloed, met
goede en minder goede kanten; de ideale situatie van de kerk wordt gerelativeerd; niet alle neuzen staan
in dezelfde richting.
Maar hoe dan ook, de opdracht
van de kerk blijft: constant bouwen aan de eigen gemeenschap, constant het
ideaal voor ogen houden, constant de zaak opnieuw herijken en uit zuiveren … door terug te gaan
naar de Bron. Daar gaat het evangelie vandaag over: de ranken moeten verbonden
blijven met de wijnstok. Verbondenheid tussen Jezus en zijn volgelingen is van
levensbelang. Dat was toen al, dat is vandaag ook zo. Als je met elkaar
verbonden blijft, samen in gesprek gaat, goed naar elkaar luistert en
terugkoppelt naar de Bron, zijn alle problemen op te lossen.
Verschillen hoeven geen
geschillen te zijn; mensen vallen niet samen met hun standpunten. Ook bij ons
zijn verschillen in denken over hoe je je geloof
beleeft en vorm geeft. Toch willen wij als parochiegemeenschap openstaan voor
anderen en in gesprek met hen naar de Bron zoeken. Want wat van belang is: dat we
ons met elkaar verbonden weten in de zorg voor een betere wereld, delen in de
zorg van God voor gerechtigheid en vrede in de wereld. Met elkaar kunnen wij immers
die wereld mooier maken; dat is de taak van ons als kerkgemeenschap. Als wij samenscholen,
samen plannen maken hoe dat aan te pakken, kunnen we bergen verzetten. Er mag
gerust verschil van mening zijn, wij hoeven het niet altijd met elkaar eens te zijn , maar we moeten elkaar wel vinden bij de Bron. God
zelf is de Bron van leven; het is Jezus Christus die ons door zijn woorden,
door zijn manier van leven en sterven, in contact heeft gebracht met die Bron,
met de God van liefde, met de God die niets anders wil dan dat de gemeenschap
van mensen groeit in verbondenheid en onderlinge liefde; die wil dat de wereld
een plek wordt waar alle mensen kunnen leven en gelukkig kunnen zijn.
Iemand had een mooie gedachte waartoe verbondenheid in
staat is: “Twee of drie is niet veel”, zei hij, “zeker
niet als de ene blind, de ander doof, en een derde kreupel is. Toch is twee of
drie oneindig meer dan één alleen, zeker als de ene blind, de ander doof, en
een derde kreupel is. Want de blinde wordt het oor voor de dove, en de dove
wordt het oog voor de blinde, en samen dragen ze de kreupele, en zo gaan ze
alle drie waar één alleen niet komen kan. Twee of drie in mijn naam, dat is de
uitgesproken hoop van Jou, mijn God, over de kinderen der mensen. Want overal
waar mensen, twee aan twee of drie aan drie, elkanders sterkte delen en
elkanders zwakte dragen, daar ben Jij in hun midden. Met twee of drie kun Jij,
God, de hele wereld aan en begin Je opnieuw wat onbegonnen lijkt: blinden zien,
doven horen, stommen spreken, lammen gaan, en voor wie gevangen zaten gaat een
bevrijde wereld open. Twee of drie is niet veel, maar voor Jou is het genoeg
voor een nieuw begin van de omgekeerde wereld.”
Ik wil eindigen met een
doordenkertje van de theoloog Hans Küng: “Samen
blijven, zegt hij, betekent samen sterk! Als er één uit de parochie naar de
pastoor gaat, haalt het niets uit, dat verlies je. Als er vijf gaan, wordt het
al lastig voor mijnheer pastoor, maar als er vijftig gaan, gaat hij voor de bijl”.