Wij naderen het feest van Pinksteren. Dat is te merken aan de lezingen, die we zojuist gehoord hebben. In de eerste lezing uit de Handelingen der Apostelen is de Geest de drijvende kracht achter de uitbreiding van de kerk. In het afscheidsgebed in het evangelie spreekt Jezus over het komen van de Geest.Door die Geest, zullen zijn leerlingen straks, als Hij is heengegaan, in staat zijn om zijn werk voort te zetten, dat bestaat in het gestalte geven aan zijn boodschap van liefde.
Op 7 Sept. 1943 werd Etty Hillesum, een jonge vrouw van 29 jaar, vanuit kamp Westerbork in Drenthe op transport gesteld naar kamp Auswitz in Polen. Twee en een halve maand later, 30 Nov. 1943, was zij dood. Op 3 Juli, twee maanden voor haar deportatie, schreef ze vanuit Westerbork nog een brief aan haar vriendin: "De ellende is echt groot en toch wandel ik vaak, op het einde van de dag, langs het prikkeldraad; dan stijgt er altijd weer uit mijn hart naar boven (ik kan er niets aan doen, het is nu eenmaal zo, het is heel sterk) er stijgt altijd uit mijn hart naar boven: dat dit leven prachtig is en iets groots, dat we later een hele nieuwe wereld moeten opbouwen, dat we tegen iedere wandaad, tegen iedere gruwelijkheid een stuk liefde en goedheid moeten stellen, dat we in onszelf moeten veroveren."
Zij weet waar ze over praat, deze jonge joodse vrouw. Zij weet, wat haar te wachten staat, een gruwelijke dood. Uitgerekend zij zegt op dat moment: "Dit leven is prachtig en groots, we moeten straks een nieuwe wereld opbouwen en iedere gruwelijkheid beantwoorden met liefde en goedheid, die wij in onszelf moeten veroveren."
Wat maakt haar zo boeiend? In mijn ogen is het dit: Dat zij, gevangen achter het prikkeldraad, slachtoffer van het duivelse uitroeingsbevel van Hitler, van het 'befehl ist befehl', niet denkt aan terugslaan, geen verbittering, geen haat in haar hart toelaat. Maar op dat moment al droomt van en bouwt aan een andere wereld van zachtheid, liefde en goedheid. Ja, er moet/kan een nieuwe wereld komen, zegt ze en beleeft ze: Geen wereld van haat, maar een wereld van liefde. Tegenover 'wet is wet', plaatst zij liefde, geest. Etty Hillesum's verhaal is een prachtig voorbeeld van de kracht van Gods Geest in een mens.
Er is altijd spanning - in samenleving, in kerk, in gezin, in mijzelf - tussen wet en geest. Altijd spanning tussen de wet die van buiten komt en de geest die binnenin mij spreekt, tussen het gezag van buiten en het gezag van binnen. Tussen wet en geweten, tussen blinde gehoorzaamheid en eigen verantwoordelijkheid.
En er is altijd de strijd tussen: Conformeren aan de letter van de wet of leven uit de geest? Merkwaardig is, dat wanneer godsdienst eenmaal vaste voet heeft gekregen, je vaak ziet dat godsdienstige leiders (ook in onze kerk), en zelfs gelovigen, een krampachtige bezorgdheid aan de dag leggen om alles wat ooit vastgelegd is, onverlet te handhaven. Wetten, die vaak heel tijdgebonden zijn, achterhaald en niet meer relevant, worden gehanteerd alsof God zelf ze gedicteerd heeft.
Probeer er niet tegen in te gaan,je trekt aan het kortste eind. Jezus van Nazaret heeft dat ervaren.
De strenge sabbatwetgeving moet Jezus in zijn tijd geirriteerd hebben. Bijna provocerend geneest Hij op de sabbat. Hoe kun je de sabbat immers beter heiligen dan door mensen heel te maken? Hij geneest en opent daarmee de ogen van hen die willen zien. Zijn hart kiest voor de mens in nood en niet voor wetshandhaving.
Gods Naam wordt zo gemakkelijk in de mond genomen, alsof mensen Hem in pacht hebben, alsof mensen een witte telefoonlijn hebben met God zelf, alsof ze zíjn spreekbuis zijn. Wat is er allemaal niet gebeurd in de naam van God? Kruistochten, ketterverbranding, gaskamers, apartheid, clusterbommen op Afghanistan, oorlog in Ierland, in Israël. We zetten God zo gemakkelijk naar onze hand. We maken van Hem zo gemakkelijk een beeld op eigen maat, een gouden kalf, dat onze belangen dient.
Waarom zou eenheid tussen mensen, tussen kerken, tussen groepen mensen binnen onze eigen kerk, vaak zover te zoeken zijn? Omdat wij elkaar te lijf gaan met eisen van wat altijd is geweest, met eisen van 'God wil het'. Maar wat maatstaf moet zijn voor het verkeer tussen mensen,tussen kerken, zijn niet wetten en dogma's, maar het hart, de liefde, de bemoediging tot leven, de Geest.
We hebben niet zozeer een wettenkerk nodig, maar een liefdeskerk. Niet een kerk, die het verkeer tussen mensen wil regelen met regels van buiten, van boven. Niet een kerk, die mensen buitensluit, als ze zich niet aan die regels houden. Maar een kerk, die mensen stimuleert om het goede in elkaar te zien, elkaar de ruimte te geven om te leven, om te groeien, en in dit verkeer met elkaar Gods aanwezigheid, Gods geest te ervaren.
Niet een gesloten burcht voor nette, brave en vrome mensen alleen, maar een open gemeenschap, die iedereen, maar dan ook íedereen, insluit en omarmt, vooral hen die in nood verkeren.
Het gaat naar Pinksteren toe. Wij gaan ervoor om een nieuwe wereld te bouwen, door tegenover iedere wandaad en gruwelijkheid, tegenover iedere liefde- loosheid een stuk liefde en goedheid te stellen, dat we in onszelf gaan veroveren. Wij geloven in de eerste stap, in het kleine begin, in de potentie van het mosterdzaadje.
Misschien is dat een mooie gedachte, deze gedachte van Etty Hillesum, zelf een oorlogsslachtoffer, op deze avond nu wij onze oorlogsslachtoffers gedenken.