1e Paasdag

© Margret Dekker, Heerlen 2002



De dood van haar dochter was voor Eline een enorme slag geweest. De eerste maanden ging het nog wel, de herinnering aan het afscheid, de vele lieve blijken van meeleven hielpen haar. Maar ineens werd het steeds donkerder en droeviger in haar hart. 's Morgens had zij geen kracht om op te staan. Het liefst zou zij de dekens over haar hoofdtrekken en roepen laat mij, laat mij met rust. Maar er was haar gezin, er was haar werk, dus ze moest wel opstaan.

 

Ze deed mee aan een bezinningsavonden in de veertigdagentijd. Toen we over Opstaan en Verrijzenis spraken zei ze: 'Opstaan' gaat niet in een keer,  maar je probeert het iedere dag weer opnieuw en zo, langzaam aan, win je het leven terug. Langzaam ga je beseffen dat je leven verder moet gaan.  Opstaan, voegde zij er nog aan toe, heeft alles te maken met Pasen, ook het opstaan van Pasen is niet wat je op een dag realiseert, ook dat moet dag voor dag groeien.

Vanuit de donkerte en zwaarte van het leven, weer opstaan en gaan naar het licht. Zo gaat het ook in de Paasverhalen.

 

Het is nog donker als Maria Magdalena naar het graf gaat. Zij is een van de trouwste en meest aanhankelijke leerlinge van Jezus. Zij gaat naar het graf en zij doet daar wat mensen doen bij een graf: huilen, verdriet hebben, het verlies tot in je botten voelen. Zo staat Maria daar. Ze ziet dat de steen van het graf is weggehaald. Misschien kunnen wij ons haar ontreddering voorstellen. Je geliefde meester dood, vermoord door mensenhanden. En dat is kennelijk nog niet genoeg. Want zelfs de plek waar ze Hem hebben neergelegd wordt nog ontnomen. 

Maria waarschuwt de anderen. Petrus en Johannes komen bij het graf, maar ook hun geest is nog donker, ze begrijpen niet, ze herkennen nog niet wat er is gebeurd. Het duurt wel even voor zij verstaan dat de macht van de dood gebroken is en het geloof in de Opgestane Heer ontwaakt.

 

Mensen vragen zich vaak af of het echt zo is gebeurd, of het niet verzonnen is dat verhaal van Pasen  Want wat voor bewijs hebben we eigenlijk. Een leeg graf? Het lege graf kan geen bewijs zijn, hooguit een vingerwijzing: het lege graf zegt ons: mensen hier moet je Jezus niet zoeken, je moet Jezus zoeken bij de levenden.

Nee als we bewijzen zoeken voor Pasen, zoals in de natuurkunde, dan komen we niet ver. Wie Pasen wetenschappelijk wil bewijzen die komt bedrogen uit. Wie het paasgeheim denkt te kunnen meten en vastleggen die staat met lege handen.

 

Paasgeloof heeft te maken met vertrouwen. Met vertrouwen in de belofte van God, dat het laatste woord niet aan de dood is, maar dat het laatste woord is aan het leven. 

 

Pasen een feest van leven. Niet alleen toen ooit op die lentemorgen in Jeruzalem. Pasen gebeurt steeds als mensen durven geloven dat de krachten van de dood overwonnen zijn. Pasen gebeurt als mensen door de diepte heen durven gaan, als zij doorgaan ook al zien ze nog nauwelijks licht in de tunnel.  

 

Het licht van Pasen breekt door als mensen het aandurven om hun eigen beperktheid en angst te overwinnen, als zij zich inzetten voor elkaar. Het licht is daar als mensen elkaar vasthouden in moeilijke dagen en blijven geloven in de kracht van het goede ook al lijkt het soms onbegonnen werk.

Pasen is alvast maar op weg gaan, ook al is het nog donker en weet je niet wat voor zware stenen er op je pad liggen. Pasen is toch op weg gaan en elkaar vreugde en hoop geven. Het is over de grenzen van eigen huis en eigen haard heen kijken en je inzetten voor de ander, dichtbij ver weg.

 

De verhalen van Pasen vertellen ons  stuk voor stuk  dat de leerlingen maar langzaam zijn gaan begrijpen, door twijfel en onzekerheid heen, groeiden zij in het geloof en het vertrouwen dat Jezus leeft. De Paasverhalen vertellen  ons ook van Jezus, die verscheen te midden van zijn mensen. Nooit met kracht en macht, maar in de gestalte van een tuinman, in een vreemdeling die met je meeloopt, in iemand die aan de oever van het meer staat. Je zou Hem nog bijna over het hoofd zien. 

En waar Hij zich laat zien, daar komt Hij niet om zijn leerlingen eens goed de les te lezen, Hij grijpt niet naar politieke middelen om alles recht te zetten. Hij komt met een boodschap van vrede, van bemoediging, Hij raakt het hart van zijn leerlingen zodat zij gaan begrijpen dat de weg van Jezus niet vastloopt in de dood, en dat de weg van mensen niet vastloopt in de dood. God is er ook nog en God is een God van leven, van licht en liefde en daar kan geen dood tegen op.