Vannacht heeft een groep
parochianen en anderen een tocht gelopen door de stilte, door het donker, de
nieuwe dag tegemoet, het licht tegemoet. Prachtig beeld van wat Pasen betekent:
uit het donker (wat het leven soms is) te voorschijn komen naar het licht dat
altijd wenkt, naar het leven. Dat is Pasen 2005. Ik kom net uit Afrika, uit Sierra Leone in West Afrika.
Velen denken daarbij alleen maar aan donker, en de media doen er heftig aan mee
om dit beeld te verspreiden, maar ik heb er licht ontmoet, hoop, veerkracht,
levensmoed, leven. Pasen
2005.
Een zelfde hoop heeft het volkje
van gastarbeiders in Egypte op de been gehouden, toen
ze in een donkere uitzichtloze situatie zaten en als vreemdelingen onderdrukt
werden. Ze wérden uiteindelijk uit
die donkere situatie bevrijd, en ze hebben dat ervaren als een godsgeschenk,
van de God die om mensen geeft, van de God die leeft en leven wil.
Dat was wat Jezus’ hele leven
tekende. Hij was er constant op uit om mensen, die moeilijk zaten, die het niet
meer zagen zitten, hoop te geven, perspectief te bieden, het licht te laten
zien. Hij bleef het constant opnemen voor de meest kwetsbaren, tegen starre
gewoontes in, tegen een verkild wettisch godsdienstig systeem in. Daarom
raakte Hij in een conflict verwikkeld met de godsdienstige en politieke leiders
van zijn tijd. Er werd Hem godslastering verweten, omdat Hij geloofde in een God, die om
mensen geeft, omdat Hijzelf zo goed als God was voor mensen. Dat conflict
kostte Hem het leven. Hij werd veroordeeld en gedood, zoals het in de
geschiedenis steeds gebeurt met hen die het opnemen voor mensen die geen leven
hebben. Ik denk aan bisschop Romero, deze week precies 25 jaar geleden vermoord. Voor de zoveelste keer was de hoop de bodem ingeslagen
en werd het stikdonker.
Waar het met Pasen om gaat, is
dat het donker niet (nooit) het laatste woord zal krijgen. Een kleine vlam is
aangegloeid en heeft zich als een lopend vuurtje verspreid: Hij is niet dood!
Hij leeft! Zo was het begonnen bij vrouwen, die het eerste bij het graf
aankwamen, en later bij de andere leerlingen, de mannen. “Vrouwenpraat”, hadden
die eerst wel gezegd; ze konden het niet geloven. Maar heel langzaam en vol aarzeling
had zich het besef verspreid, dat Jezus' manier van
leven niet klein te krijgen wás. Het zou doorgaan en het ging door. Het licht
won het van de duisternis. Er is altijd hoop, hoe donker het ook is..
De
eerste christenen werden opnieuw geboren; ze werden andere mensen, paasmensen, die in het donker opstaan, en ondanks het
donker verdergaan. En wanneer ze elkaar daartoe wilden bemoedigen, riepen ze
elkaar toe: 'Hij is niet dood! Hij leeft!’
Pasen is niet een eenmalige
gebeurtenis van 2000 jaar geleden. Pasen heeft steeds opnieuw plaats, ook
vandaag, wanneer mensen, door Hem
geraakt, opstaan uit donkere situaties en weer perspectief zien.
Pasen
heeft plaats, wanneer mensen,
door zijn leven geïnspireerd, het niet dulden dat mensen uit de
samenleving gedrukt worden door racisme of discriminatie, of door een rechtse
politiek.
Pasen heeft plaats, wanneer
mensen, door Hem geraakt, zich verzetten, als onze schepping vernield
wordt door aantasting van het milieu; als onze generatie de aarde opsnoept op
onverantwoorde wijze, zonder te denken aan onze kinderen en kleinkinderen.
Pasen heeft plaats, wanneer
mensen, die in het donker zitten vanwege een pijnlijk verlies van een dierbare,
zich toch niet laten pakken, maar opstaan, geraakt door Hem, gelovend, dat de
dood niet het einde is.
Pasen vindt plaats wanneer
mensen, die in onze samenleving uit elkaar gespeeld dreigen te worden, elkaar
de hand reiken; bruggen bouwen naar elkaar, met elkaar in gesprek gaan, elkaar
proberen te begrijpen.
Pasen heeft plaats in
Afrika, wanneer vrienden/innen, met een onverwoestbare hoop en energie, bouwen
aan een betere wereld voor hun mensen.
Het kan nog zo donker
zijn, in een mensenleven, in de wereld vandaag. Maar voor iemand die wil zien,
gebeurt Pasen steeds weer opnieuw, opstandingsverhalen
in mensen om ons heen.
Hij is niet dood! Hij leeft!