HET WAAIEN VAN DE GEEST

© Nan Paffen, Heerlen 2001



Wanneer ga je nu eens echt serieus je best doen op school?, vroeg een moeder aan haar zoon. Als Pasen en Pinksteren op een dag vallen zeker?
Daarmee leek het alsof dat wel nooit zou  gebeuren. Uiteindelijk is het prima in orde gekomen met die zoon; heel serieus heeft hij zijn MTS-studie doorgewerkt, toen hij eenmaal enthousiast was geworden voor het werk dat hij graag wilde gaan doen, werd zijn inzet vanzelf groter. Het is dus niet zo onmogelijk: dat Pasen en Pinksteren op een dag vallen?

In de lezingen van vandaag wordt dat niet zo duidelijk. In onze feestkalender vieren wij het pinksterfeest op de 50e dag na Pasen. Daarin speelt een hele symboliek mee: 7 x 7 dagen is negenenveertig. 7 is het getal van de volheid. De week is vol als er 7 dagen om zijn. 7 weken is nog voller en als er dan nog 1 dag bij komt, stroomt het over van volheid. Die volheid is de geest van Pinksteren.

Er is een bekend pinksterlied, dat begint met de woorden: wat altijd is geweest, het waaien van de geest, gebeurt aan ons vandaag! Als kind kon ik me daar nooit iets bij voorstellen. De wind die waait (door de bomen nog wel, zo rond sinterklaastijd), maar een geest had ik nooit gezien of gevoeld. Geesten waren spoken en die kwamen alleen in verhalen voor of in griezelfilms, en die durfde ik niet te kijken. Een geest, die je kon voelen als de wind, daar kon ik toen niks mee! 
Pas later ontdekte ik dat de geest van God voelbaar kan zijn, en tastbaar, hoorbaar en verstaanbaar, zichtbaar en herkenbaar in mensen. De geest is a.h.w. God-in-ons, hij werkt in en door mensen. Mensen worden door de geest niet uitgeschakeld (zoals in griezelverhalen of griezelfilms), nee Gods geest werkt in mensen, wanneer zij dat willen en met alles wat zij hebben en kunnen. En daarom is deze ook zichtbaar in wat mensen zeggen, in wat mensen doen. 
Het verhaal van God met de mensen, en vooral het verhaal van Jezus, roept iets op bij mensen, toen én nu, dat enthousiast maakt, dat be-geest-ert!  Het verhaal dat mensen warm maakt en uitnodigt om door te vertellen en na te leven. In die eerste tijd zien we dat bij Jezus’  leerlingen en doorheen de hele geschiedenis zijn er tallozen die Zijn verhaal niet alleen in woorden doorverteld hebben, maar ook in hun leven waargemaakt hebben. En ook nu zien we overal weer mensen die opkomen voor de zwakken in de samenleving, die ver weg zich inzetten voor wie het niet zo goed hebben als wij, maar ook om ons heen zien we mensen die opkomen voor vluchtelingen, die zich inzetten voor zieken, die maatje worden van aidspatiënten of van psychiatrische patiënten, die voor tafeltje dekje maaltijden rondbrengen, die vrijwilligerswerk doen voor kerk en maatschappij. 

Die zoon waarover die moeder van zojuist zich zo’n zorgen gemaakt had, (omdat hij als puber zijn best niet deed op school, omdat hij alle waarden van zijn ouders aan zijn laars leek te lappen in stoer gedrag), die zoon kwam niet alleen goed door zijn opleiding heen; hij werd ook een fijn mens, die in zijn leven heel wat mensen blij heeft gemaakt. Geen spectaculaire zaken, maar gewoon in het klein: er zijn en zien wie hem nodig had: klussen bij oma (en anderen) in het verzorgingstehuis; zichzelf en zijn auto beschikbaar stellen als iemand ergens naar toe moest. Het zijn geen heldendaden, maar het zegt wel iets over de geest van waaruit hij leefde: niet alleen voor zichzelf. In mensen leeft blijkbaar een kracht die mensen boven zichzelf uit kan doen stijgen. Een kracht die door Jezus genoemd werd: Gods geest die werkt in en door mensen.

Het waaien van de Geest  is daarom niet per sé gebonden aan een datum en een feest gebonden. Het waaien van de geest gebeurt altijd. Het is alleen niet altijd voelbaar. Soms is het voor ons nog pasen. Dan hebben we wel gehoord dat Jezus leeft, maar we zijn nog te zeer bezig met onszelf, zitten nog met de ramen en deuren gesloten, uit angst voor wat er te gebeuren staat. Komen tot overgave en geloof heeft tijd nodig, misschien wel 50 dagen, misschien wel 50 jaar. Maar als de tijd rijp is, komt de geest over ons en durven we ons te laten raken door het verhaal van God en Jezus. Dan kunnen we ook Gods stem in ons onderscheiden van de vele stemmen die in ons en om ons heen op ons inwerken.  Dan durven we enthousiast uit te gaan, de wereld in te gaan en te laten zien wat Gods Geest in mensen kan uitwerken. Bij Johannes gebeurt dat al op de avond van die bijzondere paasmorgen. Dan zitten de leerlingen bij elkaar en komt Jezus bij hen. “Vrede”, wenst hij hen en dan zendt hij hen de wereld in om te getuigen, om te leven, om te laten zien wat leven betekent. En dat kan lang of kort na Pasen zijn, het kan samenvallen met Pasen, voor zover het Johannes betreft, of na 50 dagen gebeuren volgens Lucas. Het belangrijkste is dat het gebeurt. 
Pasen en Pinksteren op één dag? Jazeker, dat kan en als het goed is vieren we dat telkens als wij bij elkaar komen om te vieren. Dan herdenken we het lijden, de dood en de opstanding van Jezus en na afloop gaan we met Gods zegen de wereld weer in om er wat van te maken dat lijkt op Gods droom van gerechtigheid en vrede!