Gedachte van de Week – wie is mijn naaste?

11 juli 2010


De lezingen van deze dag nodigen ons uit om goed te luisteren naar wat er leeft in ons eigen hart. Want dáár spreekt God tot ons. Mozes zegt: “in je eigen hart heeft God zijn woord, zijn geboden, zijn aanwijzingen neergelegd. Ze zijn niet te zwaar, niet onmogelijk, niet onuitvoerbaar, ze liggen niet in de hemel en niet over de zee, niet ver weg. Nee, ze zijn dichtbij, in je mond en in je hart. Je kunt ze dus volbrengen”. Meegaan met wat in ons eigen hart is neergelegd.

Dat lijkt eenvoudig: goed luisteren naar je eigen hart, naar je binnenste, dan weet je hoe je moet leven.

Lukas vertelt ons het verhaal van een wetgeleerde die van Jezus wil weten hoe hij deel kan krijgen aan het eeuwig leven, hoe hij Gods woord kan volbrengen. Hij weet precies wat er in de wet staat: “God beminnen met heel je hart, heel je ziel, heel je kracht en heel je verstand en de naaste beminnen als jezelf”. Maar daaraan heeft hij niet genoeg, hij wil weten wie zijn naaste is. Jezus geeft geen antwoord op die vraag. Hij vertelt een verhaal: Een man was in handen van rovers gevallen, zwaar gewond. Drie mensen kwamen langs, een priester, een leviet en een Samaritaan, en alleen die laatste bewees barmhartigheid. Hij handelde vanuit het woord Gods in zijn hart.

Jezus houdt de wetgeleerde een spiegel voor: al ken je de wet nog zo goed uit je hoofd, dat betekent nog niet dat je ook lééft vanuit de wet. Het gaat er niet om te wéten wie je naaste is, het gaat erom zélf naaste te worden. Dat houdt nooit op. Je kunt er niemand buiten houden.

De Samaritaan neemt de gewonde mee en vertrouwt hem toe aan de herbergier. Nu wordt de herbergier op zijn beurt naaste van de gewonde. Dat is het Rijk Gods: doen wat nodig is zolang en zover je kunt en dan weer durven toevertrouwen aan anderen. Jouw armen kunnen niet de hele wereld omvatten, zelfs misschien niet die ene mens die aan jouw zorg, ook aan jouw mantelzorg is toevertrouwd. Je mag ook anderen de kans geven om naaste te worden. zo worden draden geweven van goedheid. Zo valt niemand er buiten. Dat is het Rijk van God, hier onder ons. Dat is leven, dat is deelhebben aan eeuwig leven.